“Ik ben niet bang” van Niccolò Ammaniti is een van de betere boeken die ik in 2014 gelezen heb. Het verhaal speelt zich af tijdens de heetste zomer van de 20ste eeuw in een klein dorpje in Zuid-Italië. Er staan amper vijf huizen.
Terwijl de ouderen binnen schuilen tegen de hitte, trekken zes kinderen er met hun fietsen op uit, in de door de zon geteisterde, desolate omgeving. Wanneer ze in een verlaten en onbewoonde boerderij op onderzoek uitgaan, stuit de negenjarige Michele Amitrano op een geheim, een geheim dat zo indrukwekkend en zo verschrikkelijk is dat hij niemand erover durft te vertellen. Om in het reine te komen met zijn ontdekking, moet Michele over morele dilemma’s heen stappen en de strijd aangaan met zijn geweten.
“Ik ben niet bang” is een schitterende “Coming of Age”-roman, waarbij de auteur zich op verbluffende wijze verplaatst in de geest van een kleine jongen die heen en weer geslingerd wordt tussen onschuld en medeplichtigheid.
“Oorlog en terpentijn” van Stefan Hertmans werd me al een paar keer aangeraden op deze blog. De auteur won intussen de AKO-Literatuurprijs 2014 en de prijs van de lezersjury van de Gouden Boekenuil 2014.
“De gustibus et coloribus non est disputandum,” want ik was in elk geval niet zo onder de indruk van dit verhaal over de wedervarendheden van de grootvader van de auteur voor, tijdens en na de Groote Oorlog. Dat komt misschien ten dele omdat ik mij niet verwacht had aan een soort docu-roman, wat een heel andere verteltrant impliceert dan een klassiek verhaal. Ergens las ik dat zijn uitgever het perspectief gewijzigd heeft van grootvader naar kleinzoon. Jammer, want ik had misschien hetzelfde verhaal door de ogen van de grootvader meer geapprecieerd dan door die van de kleinzoon.
Van Eduardo Mendoza heb ik reeds vroeger zijn succesboek “De stad der wonderen gelezen”, een verhaal over Barcelona tussen de twee grote wereldtentoonstellingen van 1888 en 1929. Het boek was me wat tegengevallen, misschien wel omdat het toen zo gehypet werd.
Met de “De neergang van Madrid” heb ik nu de omgekeerde gewaarwording. Mijn geringe verwachting wordt meer dan ingelost, want ik vind het een schitterend werk.
Anthony Whitelands, een keurige Engelse kunsthistoricus, wordt midden de jaren 30 door de hertog van Igualada naar Madrid gehaald om diens kunstcollectie te taxeren, waarin zich een waardevolle Vélazquez bevindt. Beide mannen blijken een verborgen agenda te hebben.
Op satirische wijze beschrijft Mendoza de chaos vlak voor de oorlog in Madrid, gezien door de ogen van een verbaasde buitenstaander die niet lang aan de zijlijn kan blijven staan.
Wat hebben jullie recent gelezen en is aanbevelenswaardig?
Peter
‘Aarde’ van David Vann is een intrigerend verhaal over waanzin. Waanzinnig!
Goeje suggesties voor onze VIW boek club in Washington. We hebben net Congo van David Van Reybroeck besproken. Groetjes! Luce
‘No impact man’, 2009, van Colin Beavan, over het radicale experiment van een auteur om een jaar lang te proberen volledig duurzaam te overleven in New York. Gaande van het banale tot het extreme, tsjokvol overpeinzingen over wat ons gelukkig maakt, en toch zeer entertainend wegens de persoonlijke en soms herkenbare morele keuzes. Zeer vlot leesbaar, absoluut niet betweterig, en boordevol goede ideeen.
2010, Arthur C Clarke, omdat het lang geleden was. Nogal droge scifi die eerder leest als een les astronomie, maar goed voer voor de scifi freaks.
Bijna een Amerika, tweede bundel van Max Temmerman, die zichzelf ineens bij de Echte Dichters mag rekenen. Tikkeltje traditioneel qua stijl (hoewel gespaard van al te zware literaire, mythologische of historische ‘m’as-tu-lus ‘verwijzingen), maar van een hoog niveau en af en toe een pareltje. Zeker de moeite waard.
Notes from a Big Country, aka I’m a Stranger Here Myself, Bill Bryson. Droge, Engelse humor van een Amerikaan die na Groot-Brittanie terugkeert naar de VS en verbaasd staat over de dagdagelijkse grootsheid van de dingen in de VS. Heeft weliswaar een zekere vooringenomenheid en geeft graag voorbeelden van ondenkbare stupiditeit, maar kan zichzelf ook goed relativeren als een neanderthaler in de huidige samenleving. Lang geleden dat ik luidop heb moeten lachen met een boek, en zeker de passage over computers is de moeite waard. Ga alvast nu op zoek naar de ‘cup holder’ in uw pc!
Ik heb het boek “Ik ben niet bang” net besteld in het Engels op Amazon!
In “De Laatkomer” van Dimitri Verhulst heeft de hoofdpersoon genoeg van zijn liefdeloze burgermansleven en hij gaat doen alsof hij dementeert. Zo komt hij terecht in een tehuis voor seniele en incontinente bejaarden. Het verhaal doet soms lachen, soms bijna wenen. Toch een aanrader!
Daarvoor las ik “Disgrace” van J.M. Coetzee en nu ben ik bezig in “Zulu Dawn” van Cy Endfield… Afrika laat mij nog altijd niet los.
Daarna zal ik waarschijnlijk mijn lezersogen meer naar het noorden richten want “De 100 jarige man die uit het raam klom en verdween” van Jonas Jonasson, ligt op mij te wachten. Of misschien waag ik mij toch maar eens aan “Hawaï”, die andere kanjer van James A. Mitchener.
André.