In december van vorig jaar werd de Congolese rumba tot immaterieel werelderfgoed verklaard. Om dat te vieren hadden medewerkers van de Congolese ambassade een rumba-avond georganiseerd in het prestigieuze Serenahotel.
Toen ik de concertzaal betrad, was de eerste rij reeds bezet en werd ik samen met mijn echtgenote een plaatsje op de tweede rij toegewezen. Dat was duidelijk niet naar de zin van het Congolees protocol, want volgens dat protocol hoorde de Belgische ambassadeur op de eerste rij te zitten. Men liet dan ook vlug een rij nieuwe stoelen aanrukken die men prompt voor de eerste plaatste. Er was geen ontkomen aan, en hoewel ik daar zeker niet om gevraagd had, werd ik samen met mijn eega naar de eerste rij gesommeerd. Daar zaten we dan mooi op onze plaats.
Peter