Ik weet het zeker. Paul van Ostaijen zou dit gedicht over een Surinaamse wandelvereniging voor dikke dames geapprecieerd hebben. Kijk maar naar de “ritmiese typografie”. Enkele verduidelijkingen kunnen dit illustreren:
-
- het woord “eenzame” bijvoorbeeld staat niet op dezelfde regelhoogte, om te benadrukken dat de wandelingen misschien wel in groep gebeuren, maar het afzien door de inspanning een hoogstpersoonlijke beleving is die moeilijk kan gedeeld worden;
- bij “koekje en zoetje/voetje na voetje” doet het lettertype denken aan het klaroengeschal van de schildwacht bij naderend onheil;
- en “boete voor toetje/voetje voor voetje” is in de vorm van een smakkende mond die schuldig menig dessert verorbert.